Die met confetti strooien, altijd,
en vooral op dagen dat er
geen enkel feestje te bekennen is.
Die touwtjespringen in de lucht,
langs de regenboog
om de hemel op aarde te halen.
Die blijven dansen in de regen,
terwijl in de verte
wegstervende muziek klinkt.
Die op een stoel gaan staan,
om de sterren op te hangen
als het donker wordt.
Die bellen blazen,
lentewolkjes van hun adem,
als de wereld alsmaar sneller draait.
De wereld heeft mensen nodig.