Vriendschap op Vrijdag - Verhalen

Paul Waarts – Een steen verleggen in een rivier

(in memoriam Krisztina de Châtel, overleden op 3 juni 2025)

Paul Waarts, geboren in Venlo in 1964, raakte op 17-jarige leeftijd in de ban van dans, en in het bijzonder van klassiek en modern ballet. Na het voltooien van de dansacademie danste hij tien jaar lang op topniveau, voornamelijk bij Dansgroep Krisztina de Châtel. Rond zijn drieëndertigste ruilde hij de spitzen in voor studieboeken rechten en na vier jaar ging hij aan de slag als strafrechtadvocaat. In die rol verdedigde hij de belangen van een van de hoofdverdachten binnen het Passageproces. Op 47-jarige leeftijd maakte hij de overstap naar rechtspraak en werkt sindsdien als strafrechter. Sinds een half jaar oefent hij die functie uit op Curaçao, waar hij samen met zijn man Paul en hond Teuntje woont. Hij droomt nog steeds van een carrière als dierenarts.

Vraag een: wat is je vroegste herinnering?

Tot mijn vierde jaar heb ik gewoond aan de Hogeweg in Venlo, daar ben ik ook geboren, als tweede in een rij van vier kinderen. Op een dag heb ik de hakken van mijn moeder aangetrokken en ben daarmee van de trap gevallen. Eerlijk gezegd weet ik niet goed of dit een échte, of een herwonnen herinnering is. Als ik mijn ogen sluit zie ik mezelf niet van de trap vallen, dat trappenhuis daarentegen staat wel glashelder op mijn netvlies gebrand. Hoe dan ook, tot op de dag van vandaag heb ik daarvan een litteken op mijn bovenbeen. Het is dus echt gebeurd.

Vraag twee: welk constellatie tussen dans, muziek en beeldende kunst heeft je het meest geraakt?

Ik houd van dans, dat staat buiten kijf. Ik kan helemaal lyrisch worden van mooi gedanst werk van Hans van Manen en van het werk van William Forsythe in de jaren negentig. Of van de huidige choreografieën van David Dawson. En dan natuurlijk al het werk van Hongaars-Nederlandse choreograaf Krisztina de Châtel. Zij is de koningin van de minimalistische dans, ik heb tien jaar bij dit gezelschap gedanst. Haar voorstellingen draaien rond contrasten en confrontaties tussen kwetsbare, menselijke lichamen die tegenover natuurelementen als wind, aarde of water staan. In het stuk Föld staat de strijd met de aarde en de rol die wij als mensen daarin hebben, centraal. Op het podium werd 18 kuub aarde gestort en getransformeerd tot een ronde, aarden wal. Met zes dansers lieten we in een uitputtende choreografie de effecten zien van menselijke vernietiging van de natuur. Of is het de natuur die de mens velt? Je geest staat tijdens zo’n voorstelling voortdurend op standje ‘monomaan doorgaan.’

De kunstvorm waar ik het meest enthousiast over ben is opera. Mooi gecomponeerde muziek, goede regie, sublieme dans en dat alles binnen een bijzonder decor: dat raakt écht mijn hart. Voorbeeld? Einstein on the Beach van Philipp Glass. Duurt ruim vijf uur. Door de hele manier waarop het gecomponeerd, gedanst en geregisseerd is, komt alles samen. Of de laatste akte van de opera Les Dialogues des Carmélites van Francis Poulenc, uitgevoerd door de Nationale Opera in Amsterdam. In dat stuk, dat zich afspeelt ten tijde van de Franse Revolutie wordt het Carmelitessenklooster opgeheven. De nonnen zweren dat ze de martelaarsdood willen sterven voor hun geloof en worden op het toneel één voor één naar de guillotine geleid.

Vraag drie: heb je ooit afwijzing meegemaakt en wat betekende dat voor jou?

Weet je dat ik eigenlijk nooit denk in dit soort termen? Ik ben een zondagskind: door het nest waarin ik ben opgegroeid, en als witte man in deze samenleving heb ik alles kunnen doen wat ik wilde. Iets lukt wel eens niet, maar is dat erg? Ik heb destijds audities gedaan bij dansgezelschappen waar ik niet werd aangenomen. Dat was dan vervelend, maar ook niet meer dan dat. Ik ben vooral blij door de kansen die ik wél heb gekregen. Wat ik me goed herinner is dat mijn eerste vriendje me na acht maanden dumpte. Daar was ik toen wel stuk van. Achteraf gezien was het goed, ik heb uiteindelijk beter gevonden. 

Vraag vier: Waarmee verrijk jij de wereld?

Kijk, ik zit heel simpel in elkaar. Ik streef ernaar om mijn leven en werk goed te doen, door aan de ander te denken, door aardig te zijn, ook voor mezelf. Dan kan ik alleen maar hopen dat de mensen om me heen dit waarderen, en dat de mensen aan wie ik vonnissen toewijs, daarmee kunnen leven. Wie goed doet, goed ontmoet. In de huidige maatschappij moet je al op jonge leeftijd keuzes maken over wat je voor de rest van je leven gaat doen. Als dansers stoppen, gaan ze vaak tobben over de toekomst, en dan zijn ze bang om keuzes te maken. Om in het diepe te springen, niet wetende wat ze te wachten staat. Het roer omgooien lijkt dan doodeng. Ik heb dit wél gedaan: na mijn danscarrière ben ik advocaat geworden en momenteel werk ik als strafrechter op Curaçao. Door mijn verhaal te delen heb ik gezien dat ik anderen tot voorbeeld kan dienen. Als je bij een ander ziet dat iets lukt, dat doet dat iets met je. ‘Zie je wel dat het kan, dat roer omgooien.’ Spring gewoon en kom ergens uit, en is het niet op de plek waar je wilt landen, dan kom je vanzelf wel ergens anders terecht. 

Je kunt iets in gang zetten, een steen verleggen in een rivier. Iets bijdragen aan het leven van een ander, iemand inspireren. En tegelijk vind ik dat je jezelf ook niet belangrijker moet maken dan je bent. Er is er niet één manier van leven of doen, uiteindelijk heeft elk mens iets waarmee de wereld wordt verrijkt. Je draagt allemaal iets bij.

Vraag vijf: is levenslang een eindpunt?

Om in vrijheid te kunnen leven is een enorm groot goed. Daar ben ik me iedere keer weer van bewust als ik een gevangenisstraf opleg. Tot nu toe heb ik nog geen levenslang hoeven uitspreken, en eerlijk gezegd zie ik daar ook niet naar uit. Want als je er vanuit gaat dat het leven op enig moment eindigt, dan is het antwoord op de vraag of levenslang een eindpunt is, natuurlijk ja. Een Nederlandse hoogleraar vertelde onlangs op Aruba over haar onderzoek naar de mentale status van langgestraften, met name in Amerika, waar veel levenslang gestraften en terdoodveroordeelden zijn. Als deze mensen het vooruitzicht hebben misschien nog ooit vrij te komen, al is het over dertig jaar, dan is er een sprankje hoop. Zo niet, dan heeft het leven geen enkele kwaliteit meer. 

Tot enige jaren geleden was in Nederland een levenslange gevangenisstraf ook daadwerkelijk levenslang. Inmiddels is Nederland daarvoor door het Europese Hof voor de Rechten van de Mens op haar vingers getikt. Levenslang gestraften kunnen nu na 25 jaar verzoeken om op vrije voeten te komen, waardoor toch nog enige hoop op vrijheid op termijn kan bestaan. Levenslang is daarmee dan géén eindpunt.

Vraag zes: als dans begint met hoe het lichaam ruimtelijke dimensies verkent, hoe gaat de geest dan op verkenning als rechtspraak begint? 

Hoe te antwoorden op zo een diepzinnige vraag? Allereerst dit. In mijn rol als danser ben ik een uitvoerend kunstenaar die danst binnen de beperkingen van de ruimte, van de tijd, en de regels die zijn opgelegd door de choreograaf. Natuurlijk zit daar mijn eigen vertolking in: met mijn lichaam druk ik gevoelens, beelden en een verhaal uit. Als danser werk ik nauwgezet samen met mijn lichaam en geest, ik kijk waar ik grenzen kan oprekken, maar degene die daarbinnen restricties aangeeft en het échte beeld creëert en de kunst maakt is de choreograaf. 

In mijn rol als rechter heb ik te maken met wetten en regels, daar moet ik aan toetsen, dat zijn de beperkingen waarbinnen ik ook zo vrij mogelijk probeer te bewegen. Wat kan er wél, gezien de wetten en regels waar ik mee te maken heb? De geest is dus uiterst belangrijk in de rechtspraak. Ik wil tijdens zittingen zoveel mogelijk te weten komen van een verdachte, ik zit er als mens. Ik praat met ze, zoals ik nu ook met jou praat, maar de meeste verdachten willen helemaal niks zeggen. Ze zijn vaak bang zichzelf te laten zien, omdat ze iets te verbergen hebben of bang zijn geworden en voelen zich kwetsbaar. Iemands lichaamstaal tijdens een zitting kan zo veelzeggend zijn. Je ziet dus dat de geest niet alleen gaat over kennis en het toepassen van de wetten, het gaat ook gepaard met gevoel van mij als mens, empathie voor de verdachte, en de durf om toch bepaalde vragen te stellen.

Als ik dit alles op mezelf betrek dan zie ik dat ik niet wezenlijk verschil in mijn rol vroeger als danser of nu als rechter. De omgeving is anders, en er worden deels andere facetten van mij aangeboord, maar ik voel mij fysiek niet anders en ook mijn geest werkt niet anders. Ik heb dit alles gedaan zonder dat ik voortdurend moet transformeren, omdat ik in alles, in elke rol die ik heb, voortdurend mezelf ben.

Vraag zeven: wat was de moeilijkste beslissing ooit? 

In mijn werk moet ik voortdurend beslissingen nemen en die gaan allemaal over grote belangen van andere mensen en die het verschil kunnen maken tussen bijvoorbeeld leven in vrijheid of leven achter de tralies. In de rechtspraak volgen we procedures en als je die goed volgt, en er de tijd voor neemt om tot een uitspraak te komen, dan is het nemen van een beslissing uiteindelijk niet zo moeilijk. Het is het meest logische, omdat ik er goed over na heb gedacht en alle stappen gevolgd heb.

In het dagelijkse leven hebben we natuurlijk niet dergelijke procedures, maar ga ik ook niet over een nacht ijs als het bijvoorbeeld gaat over het afsluiten van een hypotheek. Ik vind dergelijke beslissingen wél moeilijk, omdat ik iets voor een lange duur aanga terwijl het mij eigenlijk helemaal niets interesseert en ik het ook vervelend vind om me erin te verdiepen. Ik ben een beetje digibeet. Ik heb computer, telefoon en dat soort zaken nodig, maar heb geen idee wát ik moet kopen en raak in de stress als iets geïnstalleerd moet worden. Ik krijg dan zin om dingen kapot te gooien. Gelukkig heb ik mijn man Paul die altijd helpt bij dit soort dingen. 

Vraag acht: als je iemand mocht kiezen om een dag mee door te brengen, wie zou je dan kiezen?

Persoonlijk vind ik het interessanter om de dag door te brengen met iemand die ik helemaal niet begrijp in plaats van met iemand die me wel aardig lijkt. Er schieten meteen namen door mijn hoofd van politici waarmee ik helemaal niets heb en in wie ik me graag zou willen verdiepen. Trump, Putin. Het verbaast me hoe deze mensen opereren. Denken ze nu echt dat het helpt om hele bevolkingsgroepen tegen elkaar op te zetten? Ik ben zeer nieuwsgierig naar hun drijfveren, waar die angsten vandaan komen, en waarom zij denken dat het leven met elkaar beter wordt door hele groepen mensen weg te zetten en polariserend te werk te gaan. In mijn ogen moeten politici verbindend en probleemoplossend zijn, en niet probleemmakend.

Vraag negen: welke regel mag een mens nooit overtreden?

Er zijn zoveel regels. Geschreven en ongeschreven. Zonder regels kunnen we niet leven, het is nodig om ieder te beschermen. Je mag niet doden, je mag niet stelen, je mag niet voordringen, je behandelt elkaar met respect en ga zo maar door. In principe mag je geen enkele regel overtreden. De werkelijkheid is dat mensen aan de lopende band allerlei regels overtreden en soms zijn daar hele legitieme redenen voor. Het is goed dat we vervolgens een systeem hebben hoe we daar wel of niet tegen zullen optreden. Anders wordt het een chaos. Dan hadden we geen wetten en regels meer. En ik geen werk. 

Vraag tien: wat is de grootste misvatting ooit geweest die een ander over jou had?

Ik word weleens arrogant genoemd. Nu weet ik niet of dat een misvatting is, want met tijd en wijle kom ik misschien best wel arrogant over. Of is het zelfverzekerdheid, dat is tenslotte maar een hele dunne grens? In Nederland vindt men bescheidenheid heel belangrijk, je mag vooral niet van jezelf benoemen waar je goed in bent. En tja, bescheiden, dat ben ik nou niet perse. Eerlijk gezegd vind ik het ook niet de meest spannende karaktertrek. Ik houd ervan als mensen zich onderscheiden.

Vraag elf: hoe beweegt de wereld om jou heen?

Draaiend.

Vraag twaalf: is er dans na het leven?

Ik was ooit op een begrafenis van iemand die tijdens zijn leven Jehova’s getuige was geweest. Dat ik daar als homoseksuele man aanwezig mocht zijn was an sich al heel bijzonder, maar de overledene had gezegd dat ik een goede gast was, dus welkom. De hele dienst hing van gelukzaligheid aan elkaar. Er waren filmpjes met allemaal hele gelukkige blanke mannen en vrouwen, kinderen die door de groene weide huppelden, en zoetsappige muziek maakte het tafereeltje compleet. Dat was het Paradijs waar je na je dood naar toe ging. Ik kreeg er bijna de slappe lach van. Met alle respect voor deze mensen overigens, ze zijn er echt van overtuigd dat het zo gaat. Misschien is het ook fijn als je met z’n allen ergens zo sterk in gelooft, maar ik denk dan: hoe kunnen mensen dit verzinnen, het is ook nooit aangetoond dat dit bestaat? 

Ik ben altijd verbaasd als mensen met een grote stelligheid allerlei theorieën hebben over wat er na de dood gebeurt, terwijl er nooit enig hard bewijs is geleverd dát er enig leven na de dood is. Ik ben niet gelovig en denk dat het na de dood ook echt afgelopen is, maar zeker weten doe ik het natuurlijk niet. Ik vind het idee van in de grond gestopt worden en vervolgens daarin langzaam vergaan wel een mooie gedachte, al hoop ik dat dat nog heel erg lang op zich laat wachten. 

Twaalf korte vragen:

Welk geometrische figuur kies je om jezelf te verbeelden? 

Rechthoek

In welk werelddeel vertoef je het liefst?

Alle werelddelen hebben hun eigen charme en ik kom graag in allemaal op zijn tijd.

Wat is de allerleukste bezigheid?

De afwisseling van hard werken, veel sporten en met vrienden aan lange tafels zitten.

Wie is je favoriete schrijver?

Frans Kellendonk

Wat is het allermooiste woord?

Schicksal en vraag mij niet waarom, ik vind het gewoon een mooi woord.

Wie is jouw absolute held of heldin?

Goh, ik geloof niet dat ik echte helden heb, maar als ik dan iemand moet noemen is dat Rafael Nadal.

In welke kleding voel je je het meest comfortabel?

Linnen overhemd, comfortabele zomerbroek en schoenen van Officine Creative.

Wie is je lievelingsmens?

Die heb ik niet. Ik heb wel heel erg veel mensen lief.

Wat is een meesterwerk uit de natuur?

De bergen in het noorden van Ethiopië. 

Welke wetenschapper bewonder je?

Ik bewonder de wetenschap in het algemeen. Juist in dit tijdgewricht waarin meningen geregeld belangrijker worden gevonden dan feiten, is het van belang dat de wetenschap antwoord blijft geven op de vele vragen waarvoor we gesteld zien.

Voor welk culinair hoogstandje mag jij ’s nachts wakker gemaakt worden?

Nasi goreng met een gebakken ei. Al is het maar omdat oesters niet op zijn lekkerst zijn als je ’s nachts wakker wordt, maar nasi kun je altijd eten.

Welk element past het beste bij jou: vuur, water, aarde, lucht of ether?

Aarde.

1 Comment

Laat een antwoord achter aan Pieter Duijf Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *